Biblio
Raadgevingen voor een kartuizernovice. Geert Grote en zijn Brief over een nieuwe monnik, in: Rudolf Th.M. Van Dijk, Twaalf kapittels over ontstaan, bloei en doorwerking van de Moderne Devotie, ed. Charles Caspers & Rijcklof Hofman, Hilversum, 2012, 19-43, 3 ill. (= Middeleeuwse studies en bronnen, 140)
[Van Dijk 2012a]
Middeleeuws kloosterleven aan de rand van Mastenbroek: de kartuize Sonnenberg, in: Freek Pereboom, Jeroen Kummer & Harry Stalknecht (eds.), Omarmd door IJssel en Zwartewater, Kampen, 1995, 93-118, ill.
[Van Dijk, Rademaker & Steenbergen 1995] Van Dijk-Steenbergen_De kartuize Sonnenberg.PDF (5.55 MB)
Die Kölner Kartause als Behüterin des spätmittelalterlichen Mystik. Ihre Beziehungen zu Maria van Hout, in: Tom Gaens & Francis Timmermans (eds.), Tradition et transformation. Les chartreux dans l'Europe médiévale et moderne. Colloque international à l'occasion du 650e anniversaire de la fondation de la chartreuse de Liège (6-8 octobre 2010), Saint-Étienne, 2015, 335-350 (= Analecta Cartusiana, 306)
[Van Dijk 2015]
De levensloop van Gerardus Eligii geschreven door Petrus De Wal, in: Jan G.M. Sanders (ed.), Domus prope Buscumducis. Bronnen voor de geschiedenis van het kartuizerklooster bij 's-Hertogenbosch (1466-1641), Leuven, 2016, 147-201, 3 ill. (= Miscellanea Neerlandica, 44 / Studia Cartusiana, 5)
[Van Dijk-Van Schijndel 2016]
Bemoedigende wenken voor een wankelmoedige kartuizer: de brief van Geert Grote aan Hendrik van Alkemade, in: Tom Gaens & Francis Timmermans (eds.), Liber Amicorum Jan De Grauwe. Essays over de geschiedenis en het spirituele leven van de kartuizers / Essais sur l'histoire et la spiritualité cartusienne, Salzburg, 2004, 429-475 (= Analecta Cartusiana, 222)
[Van Dijk 2004]
Tussen kartuizers en cisterciënzers. De brieven van Geert Grote aan de abdij van Kamp, in: Stephen J. Molvarec & Tom Gaens (eds.), A fish out of water? From contemplative solitude to Carthusian involvement in pastoral care and reform activity. Proceedings of the Symposium Ordo pre ceteris commendatus held in Zelem, Belgium, Septermber 2008, Leuven, 2013, 127-163 (= Miscellanea Neerlandica, 41 / Studia Cartusiana, 2)
[Van Dijk 2013]
Iuxta modum cartusiensium. Kartäusische Einflüsse in der spätmittelalterlichen Klosterlandschaft der Niederlande, in: Krijn Pansters (ed.), The Carthusians in the Low Countries. Studies in monastic history and heritage, Leuven, 2014, 105-127 (= Miscellanea Neerlandica, 43 / Studia Cartusiana, 4)
[Van Dijk 2014]
In het voetspoor van Bruno: Guigo I over het cartusiaanse eremietenideaal, in: Frans Hendrickx & Tom Gaens (eds.), m.m.v. Francis Timmermans, Amo te, sacer ordo Carthusiensis. Jan De Grauwe, passionné de l'Ordre des Chartreux, Leuven, 2012, 429-447 (= Miscellanea Neerlandica, 38 / Studia Cartusiana, 1)
[Van Dijk 2012c] Van Dijk_Guigo I over het cartusiaanse eremietenideaal.pdf (142.79 KB)
Van karthuizerklooster tot Karthuizerhof, in: Jaarboek van het Genootschap Amstelodanum, 81 (1989), 29-62, 8 ill.
[Van Eeghen 1989]
Dionysius de Kartuizer en de tertiarissen van het Kapittel van Zepperen, in: Stephen J. Molvarec & Tom Gaens (eds.), A fish out of water? From contemplative solitude to Carthusian involvement in pastoral care and reform activity. Proceedings of the Symposium Ordo pre ceteris commendatus held in Zelem, Belgium, Septermber 2008, Leuven, 2013, 181-198 (= Miscellanea Neerlandica, 41 / Studia Cartusiana, 2)
[Van Engen 2013]
Devotional diptychs in late medieval Netherlandish charterhouses, in: Krijn Pansters (ed.), The Carthusians in the Low Countries. Studies in monastic history and heritage, Leuven, 2014, 87-104, 5 ill. (= Miscellanea Neerlandica, 43 / Studia Cartusiana, 4)
[Van Engen 2014]
Monographie de l’ancienne école de peinture de Louvain: X. Les peintres» secondaires de la fin du XVe siècle: ... Thierry de Eemstede ..., in: Messager des sciences historiques ou Archives des arts et de la bibliographie de Belgique, (1867), 435-497 (485-486)
[Van Even 1867]
De persoonlijkheid van Hendrik Eger en zijn invloed, in: Onze taaltuin. Maandblad voor de wetenschap der taal als volksuiting, nationale cultuurschat en instrument voor schoone kunst, 8 (1940), 283-286
[Van Ginneken 1940a] Van Ginneken_Invloed van Hendrik Eger.PDF (867.72 KB)
Op zoek naar den oudsten tekst en den waren schrijver van het eerste Boek der Navolging van Christus. Tekstvergelijkende spoor-naspeuringen, Wetteren, 1929, 133 p. (= Koninklijke Vlaamsche Academie voor taal- en letterkunde, reeks 3: Middelnederlandsche uitgaven, 23)
[Van Ginneken 1929] Recensie Debongnie_RHE 26 (1930) 716-720.pdf (1.46 MB)
De achthonderd en vijftigste verjaardag der Karthuizers, in: Studiën. Tijdschrift voor godsdienst, wetenschap en letteren,, 123 (1935), 85-114
[Van Ginneken 1935]
Hendrik Eger van Kalkar's Loquagium de rhetorica, in: Onze taaltuin. Maandblad voor de wetenschap der taal als volksuiting, nationale cultuurschat en instrument voor schoone kunst, 8 (1940), 286-304
[Van Ginneken 1940b] Van Ginneken_Hendrik Eger van Kalkar's Loquagium de rhetorica.PDF (2.28 MB)
Het necrologium van het karthuizer-klooster Nieuwlicht of Bloemendaal buiten Utrecht, in: Bijdragen en mededeelingen van het Historisch Genootschap gevestigd te Utrecht, 9 (1886), 126-392
[Van Hasselt 1886]
Drie dagen bij de Kartuizers. Een kerstreportage over de zin van het contemplatieve leven, in: De Standaard, 1963, 25 december, 3-4, 7 ill.
[Van Hoof 1963]
De kartuizers in Holland, in: De Oud-Katholiek, 72 (1956), 3-34
[Van Kleef 1956] Recensie Polman_RHE 53 (1958) 399.pdf (299.23 KB)
Het klooster op de Eikendonk te Den Dungen, Tilburg, 1964, XV-191 p. (= Bijdragen tot de geschiedenis van het Zuiden van Nederland, 2)
[Van Meerendonk 1964]
De dichter van Elckerlijc, in: Verslagen en mededeelingen van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde, 50 (1940), 229-253
[Van Mierlo 1940]
Petrus Dorlandus Diesthemius, de dichter van Elckerlijc, in: Ons geestelijk erf, (1953), 89-96
[Van Mierlo 1953]
Petrus Diesthemius met een nota over C. Crul en de spelen van Gent, 1539, in: Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde, 62 (1952), 267-288
[Van Mierlo 1952]