Biblio
De levensloop van Gerardus Eligii geschreven door Petrus De Wal, in: Jan G.M. Sanders (ed.), Domus prope Buscumducis. Bronnen voor de geschiedenis van het kartuizerklooster bij 's-Hertogenbosch (1466-1641), Leuven, 2016, 147-201, 3 ill. (= Miscellanea Neerlandica, 44 / Studia Cartusiana, 5)
[Van Dijk-Van Schijndel 2016]
Bemoedigende wenken voor een wankelmoedige kartuizer. De brief van Geert Grote aan Hendrik van Alkemade, in: Rudolf Th.M. Van Dijk, Twaalf kapittels over ontstaan, bloei en doorwerking van de Moderne Devotie, ed. Charles Caspers & Rijcklof Hofman, Hilversum, 2012, 45-84, 3 ill. (= Middeleeuwse studies en bronnen, 140)
[Van Dijk 2012b]
Ratschläge an einen Kartäusernovizen: Geert Grote und seine Epistola de novo monacho, in: James Hogg (ed.), Kartäusische Kunst und Architektur mit besonderer Berücksichtigung der Kartausen Zentraleuropas. Länderübergreifender internationaler Kongress für Kartäuserforschung Aggsbach (NÖ, Austria) 30.8.-31.8. und Brno/Brünn (CZ) 1.9.-4.9.2005., dl. 1, Salzburg, 2006, 135-156 (= Analecta Cartusiana, 207:1)
[Van Dijk 2006] Van Dijk_Ratschläge an einen Kartäusernovizen.pdf (3.55 MB)
Middeleeuws kloosterleven aan de rand van Mastenbroek: de kartuize Sonnenberg, in: Freek Pereboom, Jeroen Kummer & Harry Stalknecht (eds.), Omarmd door IJssel en Zwartewater, Kampen, 1995, 93-118, ill.
[Van Dijk, Rademaker & Steenbergen 1995] Van Dijk-Steenbergen_De kartuize Sonnenberg.PDF (5.55 MB)
Bemoedigende wenken voor een wankelmoedige kartuizer: de brief van Geert Grote aan Hendrik van Alkemade, in: Tom Gaens & Francis Timmermans (eds.), Liber Amicorum Jan De Grauwe. Essays over de geschiedenis en het spirituele leven van de kartuizers / Essais sur l'histoire et la spiritualité cartusienne, Salzburg, 2004, 429-475 (= Analecta Cartusiana, 222)
[Van Dijk 2004]
Working with tradition, aiming for reform. Dorlandus’s perspective on hagiography, in: Mathilde Van Dijk, José Van Aelst & Tom Gaens (eds.), Faithful to the Cross in a moving world: Late medieval Carthusians as devotional reformers, Leiden, 2016, 106-129 (= Church history and religious culture, 96:1-2)
[Van Dijk 2016]
Raadgevingen voor een kartuizernovice. Geert Grote en zijn Brief over een nieuwe monnik, in: Rudolf Th.M. Van Dijk, Twaalf kapittels over ontstaan, bloei en doorwerking van de Moderne Devotie, ed. Charles Caspers & Rijcklof Hofman, Hilversum, 2012, 19-43, 3 ill. (= Middeleeuwse studies en bronnen, 140)
[Van Dijk 2012a]
Tussen kartuizers en cisterciënzers. De brieven van Geert Grote aan de abdij van Kamp, in: Stephen J. Molvarec & Tom Gaens (eds.), A fish out of water? From contemplative solitude to Carthusian involvement in pastoral care and reform activity. Proceedings of the Symposium Ordo pre ceteris commendatus held in Zelem, Belgium, Septermber 2008, Leuven, 2013, 127-163 (= Miscellanea Neerlandica, 41 / Studia Cartusiana, 2)
[Van Dijk 2013]
Van karthuizerklooster tot Karthuizerhof, in: Jaarboek van het Genootschap Amstelodanum, 81 (1989), 29-62, 8 ill.
[Van Eeghen 1989]
Dionysius de Kartuizer en de tertiarissen van het Kapittel van Zepperen, in: Stephen J. Molvarec & Tom Gaens (eds.), A fish out of water? From contemplative solitude to Carthusian involvement in pastoral care and reform activity. Proceedings of the Symposium Ordo pre ceteris commendatus held in Zelem, Belgium, Septermber 2008, Leuven, 2013, 181-198 (= Miscellanea Neerlandica, 41 / Studia Cartusiana, 2)
[Van Engen 2013]
Devotional diptychs in late medieval Netherlandish charterhouses, in: Krijn Pansters (ed.), The Carthusians in the Low Countries. Studies in monastic history and heritage, Leuven, 2014, 87-104, 5 ill. (= Miscellanea Neerlandica, 43 / Studia Cartusiana, 4)
[Van Engen 2014]
Monographie de l’ancienne école de peinture de Louvain: X. Les peintres» secondaires de la fin du XVe siècle: ... Thierry de Eemstede ..., in: Messager des sciences historiques ou Archives des arts et de la bibliographie de Belgique, (1867), 435-497 (485-486)
[Van Even 1867]
Hendrik Eger van Kalkar's Loquagium de rhetorica, in: Onze taaltuin. Maandblad voor de wetenschap der taal als volksuiting, nationale cultuurschat en instrument voor schoone kunst, 8 (1940), 286-304
[Van Ginneken 1940b] Van Ginneken_Hendrik Eger van Kalkar's Loquagium de rhetorica.PDF (2.28 MB)
De persoonlijkheid van Hendrik Eger en zijn invloed, in: Onze taaltuin. Maandblad voor de wetenschap der taal als volksuiting, nationale cultuurschat en instrument voor schoone kunst, 8 (1940), 283-286
[Van Ginneken 1940a] Van Ginneken_Invloed van Hendrik Eger.PDF (867.72 KB)
Op zoek naar den oudsten tekst en den waren schrijver van het eerste Boek der Navolging van Christus. Tekstvergelijkende spoor-naspeuringen, Wetteren, 1929, 133 p. (= Koninklijke Vlaamsche Academie voor taal- en letterkunde, reeks 3: Middelnederlandsche uitgaven, 23)
[Van Ginneken 1929] Recensie Debongnie_RHE 26 (1930) 716-720.pdf (1.46 MB)
De achthonderd en vijftigste verjaardag der Karthuizers, in: Studiën. Tijdschrift voor godsdienst, wetenschap en letteren,, 123 (1935), 85-114
[Van Ginneken 1935]
Het necrologium van het karthuizer-klooster Nieuwlicht of Bloemendaal buiten Utrecht, in: Bijdragen en mededeelingen van het Historisch Genootschap gevestigd te Utrecht, 9 (1886), 126-392
[Van Hasselt 1886]
Drie dagen bij de Kartuizers. Een kerstreportage over de zin van het contemplatieve leven, in: De Standaard, 1963, 25 december, 3-4, 7 ill.
[Van Hoof 1963]
De kartuizers in Holland, in: De Oud-Katholiek, 72 (1956), 3-34
[Van Kleef 1956] Recensie Polman_RHE 53 (1958) 399.pdf (299.23 KB)
Het klooster op de Eikendonk te Den Dungen, Tilburg, 1964, XV-191 p. (= Bijdragen tot de geschiedenis van het Zuiden van Nederland, 2)
[Van Meerendonk 1964]
Petrus Diesthemius met een nota over C. Crul en de spelen van Gent, 1539, in: Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde, 62 (1952), 267-288
[Van Mierlo 1952]
Petrus Dorlandus Diesthemius, de dichter van Elckerlijc, in: Ons geestelijk erf, (1953), 89-96
[Van Mierlo 1953]
De dichter van Elckerlijc, in: Verslagen en mededeelingen van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde, 50 (1940), 229-253
[Van Mierlo 1940]